Veel vrouwen met autisme zijn perfectionistisch. Ze leggen de lat voor zichzelf erg hoog. Ze willen geen fouten maken en willen hun taken altijd zo goed mogelijk uitvoeren. Mensen met autisme en die daarnaast perfectionistisch zijn, hebben vaak de overtuiging dat hun werk perfect moet zijn. Als het eindresultaat niet voldoet aan hun verwachtingen, hebben ze in hun ogen gefaald. Dit laatste wordt ook wel zwart-witdenken genoemd. Daarnaast vinden veel vrouwen het lastig om grenzen te stellen. Het kennen van de eigen grenzen en het op tijd aangeven ervan, is noodzakelijk om te veel en langdurige stress te voorkomen.
Veel mensen met perfectionisme hebben het gevoel dat mensen hen alleen aardig vinden als ze alles goed doen. Dit geldt ook voor vrouwen met autisme. Om negatieve gevoelens te compenseren vergroten zij de prestatiedruk voor zichzelf.
Er zijn zowel positieve kanten als valkuilen aan het perfectionisme, hoe is dit bij jou? Welke ervaring heb jij hiermee en hoe ga je ermee om?
Hier hebben we over gepraat in het autivrouwencafe.
Perfectionisme is bij iedereen verschillend, iedereen heeft zijn eigen verhaal. Maar er waren toch ook veel overeenkomsten.
Je kan perfectionistisch zijn op jezelf. Dingen goed willen doen, de lat hoog leggen voor jezelf, het beste uit jezelf willen halen. Het is nooit goed genoeg en kan altijd beter.
Er waren ook een aantal vrouwen die ook perfectionistisch zijn naar anderen. Dat ze vinden dat anderen het beter kunnen doen, ze willen ook het beste uit de ander halen.
Ook de dingen waar je perfectionistisch in kan zijn is verschillend. De een is vooral perfectionistisch naar het werk of de sport of in relaties en de ander meer in taken die niet definieerbaar zijn zoals het huishouden.
Perfectionisme kan voordelen hebben; je bent secuur, zorgvuldig, doet je werk goed, wil alles beter doen, je hebt de dingen goed voor elkaar, mensen kunnen op je rekenen. Perfectionisme klinkt wat negatief; eigenlijk is het beter om het dan anders te noemen zoals de behoefte aan volledigheid of veel details kunnen zien. Het kan je ook veel brengen. Een aantal vrouwen heeft dit ook zo ervaren dat het ze meer gebracht heeft op creatief vlak, in het werk het huishouden of de sport. De behoefte om een situatie kloppend te maken.
Het kan alleen ook veel nadelen hebben; je wil altijd alles perfect hebben, nooit is het goed genoeg. Het kan altijd beter. Zien wat goed gaat is lastig er wordt m.n. gekeken naar wat er niet goed gaat waar verbetering te halen valt. Je weet niet wanneer je kan stoppen, wat zijn hoofdzaken en wat bijzaken, waar ligt de lat, wanneer is iets af? Je doet sociaal heel erg je best, bent bang om te falen of om mensen te verliezen. Wat is goed genoeg? Je kunt je snel schuldig voelen. Je kan helemaal opgaan in iets waardoor je de andere dingen vergeet. Het kan heel veel energie kosten. Andere mensen begrijpen het soms ook niet. Je kan het niet loslaten en gaat over je grenzen heen. Dan kost het je te veel.
Een enkeling geeft aan er iets beter mee om te kunnen gaan nadat zij door fysieke redenen gedwongen waren iets meer los te leren laten. Een ander geeft aan dat beperking in tijd of ruimte rust geeft dat iets niet af hoeft te zijn (bv maximaal 30 minuten huishouden doen). En het is belangrijk om erover te praten zodat duidelijk wordt wat een ander van je verwacht of om te checken of de aannames die mensen van elkaar hebben kloppen.
De conclusie blijft dat het erg zoeken is naar de balans. Zorgvuldig en secuur zijn is goed, maar als je niet in staat bent te stoppen en doorslaat. (het ‘monster’ komt tevoorschijn), dan kost het je meer dan dat het je oplevert. Het blijft fijn om de herkenning bij elkaar te vinden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten